Nieuws

Ontmoet Freek, de nieuwste aanwinst van het Food Hub team! In maart 2021 is hij begonnen als stagiair op de communicatieafdeling. Daar is tenslotte genoeg te doen. Ondertussen rondt hij zijn master internationale ontwikkelingsstudies af. “Die studie ga je niet doen omdat je de wereld wel prima en eerlijk vindt zoals-ie is.” Maar wie is Freek, wat wil hij bereiken en wat doet-ie als hij niet aan het communiceren is? 

Hoi Freek! Je hebt geen communicatieopleiding gedaan, hoe ben je toch in deze stage verzeild geraakt?

“Ik heb inderdaad een andere achtergrond. Zo heb ik eerst een bachelor sociale geografie en planologie afgerond en ben ik daarna begonnen aan een master internationale ontwikkelingsstudies. Die moet ik overigens nog afronden – ik ben bijna klaar. Voor mijn bachelorscriptie heb ik onderzoek gedaan naar land grabbing in Roemenië. Daar ontstond mijn interesse voor het landbouwsysteem, én voor het tegengaan van sociale ongelijkheid. Want die twee onderwerpen kwamen daar helemaal samen.” 

Hoe hangen landbouw en ongelijkheid volgens jou dan samen?

“Als je een bevolkingsgroep uit de armoede wil tillen, moet je er in de eerste plaats over nadenken hoe die zichzelf moet voeden. En dan kom je vanzelf bij landbouw uit. Ik ben internationale ontwikkelingsstudies gaan studeren, omdat ik me niet kon vinden in het traditionele beeld dat rijke westerse landen de ‘derdewereldlanden’ moeten helpen. Het gaat altijd over samenwerking, over ontwikkeling. In Nederland zitten we bijvoorbeeld met een stikstofprobleem, ook dat is een ontwikkelingskwestie.” 

“In mijn masterscriptie komt het onderwerp op een andere manier terug. Die gaat over de toekomstvisies van negen heel verschillende boeren op het Nederlandse landbouwsysteem. Ik sprak conventionele boeren, boeren met een multifunctioneel bedrijf, agroecologische boeren… Allemaal kijken ze heel anders naar de toekomst. En die verschillende visies, dat is volgens mij precies waar Food Hub tussenin wil staan.” 

Je bent net begonnen bij Food Hub. Wat zijn je eerste indrukken?

“Ik vind het tot nu toe een heel tof, jong en innovatief bedrijf. En ik ben in mijn eerste weken meteen meegenomen in alles wat er gebeurt. En dat is veel, want Food Hub heeft veel verschillende takken. Ze werken met boeren, studenten en ondernemers. En altijd is de vraag: hoe kunnen we samen naar een beter voedselsysteem werken? Food Hub moedigt mensen echt aan om kritisch naar de voedselwereld te kijken.” 

Waar wil je je de komende tijd mee bezig houden?

“Naast communicatiewerk, dat ik me nog grotendeels eigen moet maken, ga ik aan de slag met het onderwerp diversiteit en inclusiviteit in de projecten van Food Hub. Er zijn nog altijd veel te veel mensen die niet worden gehoord in het maatschappelijk debat, zo ook het debat over voedsel. Food Hub is zich daarvan bewust, maar zoekt ook nog naar manieren om die stemmen beter te laten horen. Daar ga ik graag mee aan de slag. In mijn master heb ik daar veel theorie over geleerd, nu vind ik het belangrijk om daar in de praktijk invulling aan te gaan geven. Ik zie mijn stage echt als manier om de onderwerpen ongelijkheid en landbouw praktisch vorm te geven.” 

Waarom koos je juist voor communicatie?

“Ik denk dat communicatie, zeker bij een organisatie als Food Hub, in de kern draait om de vraag: hoe betrek je iedereen bij je verhaal? Hoe laat je zien wat je doet, wat je kan, en hoe anderen zich daarbij kunnen aansluiten? In communicatie kun je een diverse en inclusieve basis leggen. Het is volgens mij de logische eerste stap naar een bedrijf of project waarin iedereen zich gehoord voelt. Neem de Flevo Campus Think Tank: dankzij goede communicatie wordt daar ieder jaar een hele diverse groep bij elkaar gebracht. Food Hub zit natuurlijk wel in een bubbel, het is een stevige uitdaging om nieuwe groepen aan te spreken én om mensen op het podium te zetten die daar nu nog niet staan.” 

Je klinkt vastberaden om daar iets aan te veranderen.

“Ja, ik kijk zeker met een ideologische blik naar communicatie. Ik ben wat dat betreft ook wel een beetje een wereldverbeteraar. Dat geldt denk ik voor iedereen die iets met sociale of internationale ontwikkelingsstudies doet. Die studie ga je niet doen omdat je de wereld wel prima en eerlijk vindt zoals-ie is. Ik ben bij Food Hub nog maar net begonnen, dus ik ben heel benieuwd: hoe concreet wordt het hier? Zorgt Food Hub voor een druppel op de gloeiende plaat of is het een olievlek?” 

Wat raakt jou het meest als je je verdiept in het voedselsysteem?

“Diep van binnen willen we volgens mij allemaal dat er iets verandert. Maar we zitten zó erg vast in systemen en structuren, het systeem is zo log, dat belemmert duurzame verandering. De negatieve effecten van voedselproductie worden bovendien niet meegenomen in de prijs van voedsel, en dat zou wel zo moeten zijn. Maar wat me écht het meest raakt is dat de mensen die er het minst aan kunnen doen, de meeste schade ondervinden van ons logge systeem. Dat mensen in Bangladesh met overstromingen zitten, omdat we in het westen zoveel grondstoffen verbranden, even kort door de bocht. Nu ik dit zeg, realiseer ik me ook weer dat dit onderwerp zó groot is, het groeit iedereen boven het hoofd. Je ziet het niet dagelijks, het wordt niet concreet, en daarom zakt het weg in onze hoofden. Dat zal iedereen herkennen. Een mogelijk antwoord daarop is wat Food Hub doet: maak het wel concreet, maak het echt, maak het belangrijk, zet het op de agenda en blijf dat stug volhouden. Mensen hebben handvatten nodig om zulke grote wicked problems te lijf te kunnen gaan.”

Je bent je scriptie dus nog aan het afmaken en net met je stage begonnen. Heb je daarnaast nog tijd voor andere dingen? 

“Jep, ik klim en boulder heel graag. Ik ben sinds kort de trotse eigenaar van een nieuwe klimgordel, dus nu de indoor hallen gesloten zijn vanwege de lockdown, klim ik graag buiten de wand op. Van de zomer hoop ik ook weer buiten te kunnen klimmen op de mooie keien die bij het Franse Fontainebleau liggen. Daarnaast ben ik ook een beetje dj in m’n vrije tijd, dat vind ik fantastisch. Elk weekend even oefenen, maar of ik ooit echt goed wordt, dat zal nog moeten blijken!”